juni 7, 2021
Geschreven door: Stef Claes

Concipio Album: over narratief en stilistiek

©Poster Foundry

De staalharde theorie. Contrair tot in de kleinste details. (avde) fileert als musicoloog al enkele jaren de hedendaagse ontwikkelingen in al wat muziek aangaat, en dit als een volleerd trendwatcher. Men noemt hem tevens de enige man die louter met behulp van de stembanden de klanken van de alpenhoorn getrouw kan weergeven. Redenen genoeg dus voor een tweede gastbijdrage van zijn hand.

Lieve lezer, laten we samen een poging ondernemen om de ideeën achter das Album an sich te onderzoeken. Om ons daaraan te zetten, dienen enkele zaken uitgeklaard te worden. Wat ís een album? Laat me een eerste poging wagen: “Een verzameling muzikale nummers gebundeld op een drager, gemaakt door één of verschillende artiesten.” In deze zin is er meestal al een gemeenschappelijk element, namelijk de artiest(en) zelf. Het artistiek project om een volledig muzikaal product op te nemen, resulteert in een verzameling die tegenwoordig kan verschijnen als vinylplaat, cassette of digitaal album (en zelfs als NFT, cryptoheads). Er is meestal een bepaalde samenhang te ontwaren in de structuur van de gekozen nummers, gekoppeld aan het lineaire karakter van de luisterervaring. Het belang van die samenhang is historisch gegroeid, van de LP’s die in één luisterbeurt afgespeeld moesten kunnen worden tot de hedendaagse artistieke verantwoording van de volgorde van de tracks op een album.

De term ‘conceptalbum’ vraagt een uitbreiding (of een inperking, zo u wil) van deze definitie. Er wordt immers te pas en onpas mee gegoocheld. De term wordt vastgekleefd aan vele producten, meestal door een platenfirma, ter promotie van vermeld product. Ik hanteer een tweedelige definitie, die uiteraard open staat voor discussie. Een ‘concept’ kan in dezen opgesplitst worden in twee elementen: het narratieve element en het stilistische element.

Het narratief als leidmotief

Een narratief-conceptalbum is opgebouwd rond een samenhangend – u raadt het al – narratief, waarin een reëel of fictief personage, thema of onderwerp aan bod komt. Voorbeelden hiervan zijn ‘The Cool’ van Lupe Fiasco, ‘To Pimp A Butterfly’ (TPAB) van Kendrick Lamar, ‘Frances The Mute’ van The Mars Volta en ‘Power of the Dragonflame’ van Rhapsody of Fire. Elk van deze albums presenteert een uniek perspectief, in en door de teksten die de artiesten brengen. Het gedicht dat Kendrick stelselmatig uitbreidt doorheen ‘TPAB’ creëert een samenhang over de uiteenlopende muziekstijlen heen, om dan als sluitsteen te fungeren aan het einde van het album. Rap leent zich hier dan ook uitstekend toe, meer nog dan andere genres. Metalband Rhapsody of Fire creëerde door het gebruik van deze techniek zelfs een totaal nieuw (sub)genre, Hollywood metal; dit door muzikale personages op een queeste te laten vertrekken die meerdere albums overspant. En ook instrumentale muziek kan een narratief uitdragen: het naamloze album ‘( )van Sigur Rós is keurig in twee identiteiten op te delen: een opgewekt, positief karakter op de eerste helft enerzijds, en een neergelaten, donkere tweede helft anderzijds. Wat de IJslandse band hiermee inhoudelijk wilde omschrijven, blijft een oefening voor de luisteraar.

Stijl en structuur

Een stijl-conceptalbum is daarentegen opgebouwd rond een bepaald genre of draagt enkele idiosyncratische muzikale parameters uit. Denk aan een album als ‘Kid A’, waar Radiohead met een radicale elektronische stijlbreuk de liefhebber van de poprocksound op ‘The Bends’ en ‘OK Computer’ tot vloeken aanzette. Net dit vormt een essentieel deel van het stijlelement: er dient een bepaalde graad van nieuwheid aan verbonden te zijn. ‘Amnesiac’, de opvolger van ‘Kid A’, kan bijgevolg ook minder als een stijl-conceptalbum beschouwd worden. ‘Yeezus’ is een ander voorbeeld van beeldenstormerij, ditmaal in hiphop-cirkels: ook hier heeft een elektronische, agressieve industrial-productie de kentering gevormd in de artistieke lijn van de ‘God onder rappers’. Ondergetekende moest meermaals het genie van Kanye verdedigen op de redactie, waar sommigen hun mening intussen voorzichtig hebben bijgesteld. Ook een eenvoudig ‘idee’ dat in meerdere nummers voorkomt kan tot een stijlelement gerekend worden. Op ‘Juice B Crypts’ hergebruikt Battles een loop, wat voor een heldere samenhang zorgt. Daarnaast wordt het begin en einde van het album gelinkt door hetzelfde pianomateriaal. Tot slot kan ik ook een laatste stijl-gedreven benadering van het ‘concept’ vermelden: DJ Shadow zette met zijn legendarische ‘Endtroducing’ een meesterwerk neer dat uitsluitend uit samples bestond. Elke stem, elke hi-hat, elk geluid werd ontleend aan andere geluidsbronnen en als ‘vreemd element’ verweven tot een volwaardig nummer.

Nu beide categorieën omschreven zijn, komt het fijnste deel: albums bespreken die aan beide omschrijvingen voldoen. Dat de criteria ‘compleet’ vervuld zijn, opper ik niet. Het gaat stuk voor stuk om interessante werken die de theorie illustreren. Een eerste voorbeeld ‘Vulnicura’ van Björk (ja, de quota gelden nog steeds op de redactie). Op dit album verwerkt ze het einde van een relatie en de daarbij horende scheiding van Matthew Barney. ‘Vulnicura’ is losjes gedrapeerd over de tijdslijn van een zieltogende relatie: de eerste barstjes, het uiteenvallen, het trage herstel. Björk vervelt tot archivaris van het museum waar artefacten van een afgestorven verbond uitgestald staan: verschillende nummers die elk een eigen inkijk geven, een camera obscura die afwisselend op andere tijdstippen inzoomt, van een paar maanden voor de break-up, tot een jaar erna. Dat alles wordt kracht bijgezet door een sterke eenheid qua instrumentatie, die door strijkers gedomineerd wordt.

Ook wat hiphop betreft is er een duidelijk typevoorbeeld: ‘DAMN.’ van Kendrick Lamar is het ideale voorbeeld van een conceptalbum, zowel voor wat narratief als wat stijl betreft. Het begin en het einde van het album worden verbonden door hetzelfde materiaal, waarbij zelfs delen van nummers omgekeerd afgespeeld worden. Ook op meta-niveau raakt het album vaak aan ‘inversie’ en ‘circulariteit’ als thema, getuige ook de deluxe-editie waarop de tracks in omgekeerde volgorde staan. De samenhang op tekstueel vlak is overduidelijk. “Is it Wickedness? Is it Weakness? You decide.” De dualiteit van de menselijke natuur loopt als rode draad doorheen ‘DAMN.’: zonde en berouw, geloof en angst, trots en nederigheid. Een innerlijke verscheurdheid die gespiegeld wordt in een verscheurde maatschappij waarin polarisatie en politieke onrust dagelijks toenemen.

Muzikaal verhult de schijnbare eenvoud de overkoepelende keuze die Lamar overduidelijk gemaakt heeft. De instrumentatie en de contouren veranderen van intensiteit en soms licht van kleur, maar het gebruikte palet blijft doorheen het album hetzelfde. Ook de steeds weerkerende gastbijdragen van Bekon en Kid Capri scheppen eenheid.

Persoonlijk herinner ik me albums waarbij een verhaal verteld wordt, of waar muzikale elementen voor een unieke samenhang zorgen, veel eenvoudiger dan een album vol roemloze singles. En zoals ik ooit ‘concipio Alexandrum’ zei en een identiteit schiep, vraag ik nu ook aan artiesten aller lande om volgende leuze onder de arm te nemen: concipio album!

Close
Menu